logo damiaan de veuster

Parochie van de Heilige Damiaan de Veuster
'Mogen wij mensen zijn met een ruim hart, aan wie het te zien is dat hun geloof hen goed doet'

Dopen ja of nee?

Inleiding

“Ergens komt een kind vandaan…”. Zo begint de eerste regel van een lied dat soms in een doopviering gezongen wordt. Als je je kind laat dopen, stap jij met je kind in een eeuwenlange traditie van mensen die dat geloof in zulke woorden van verwondering, vertrouwen en geloof uitzingen: “Ergens…”

komt je kind vandaan. We geloven dat dat kleine kind ons gegeven is. Mensen die dat geloven, willen hun kind laten dopen. Misschien ben jij er één van; misschien is het voor jou nog een vraag of je je kind zult laten dopen. En dat mag ook een vraag zijn, want je kind laten dopen is een belangrijke stap.

Wel of niet laten dopen

Veel ouders twijfelen of ze hun kind laten dopen. Een aantal van hen heeft er nog nooit over nagedacht en is het eigenlijk niet eens van plan, maar worden er door grootouders op gewezen met de vraag of het kind ook nog gedoopt wordt. Een ouder vertelt: “We hadden net besloten ons kind niet te laten dopen. Maar mijn vader is daar erg teleurgesteld over en nu ben ik in de war. Ik kom nooit meer in de kerk. Ik zou me schijnheilig voelen”. Een kennis reageert daarop en zegt: “Als dat nu een grote wens van je vader is en jullie kunnen ermee leven, wat is er dan op tegen?”

Het is te begrijpen: je bent zelf vroeger door je ouders gedoopt en je ouders hebben je iets van geloven meegegeven. Ze hopen nu, of sterker nog: ze verwachten dat jij dat voortzet en dat ook jij je kind laat dopen. Maar dan komt de grote vraag of jij dat ook wilt. De verwachting van anderen leidt er toe dat je er over na moet denken om je kind al dan niet te laten dopen.

Allerlei meningen en twijfels

De beslissing of twijfel om een kind te laten dopen is niet eenduidig. We zullen enkele oorzaken daarvan beschrijven.

. Voor wie het al vanzelfsprekend is om het kind te laten dopen, is het toch vaak moeilijk om precies aan te geven waarom men dat wil. Wie heeft er nu meteen duidelijk wat de doop precies betekent? Ook al voelt men het als vanzelfsprekend, men kan moeilijk woorden vinden om er ‘als vanzelf over te spreken’. Dan is het belangrijk dat je daarover in gesprek gaat. Spreek de diaken/pastoor aan om daarover door te praten. In een gesprek kun je helder krijgen wat het ‘vanzelfsprekend’ maakt om je kind te laten dopen: wat je werkelijk gelooft en waar je op vertrouwt.

. Soms ligt de vanzelfsprekendheid in de familietraditie. (Te) gemakkelijk wordt dan gezegd: Het hoort erbij. Het is een familiefeest. Alle kinderen in onze familie zijn gedoopt. Het is altijd een leuk feest en het is voor het kind leuk om later de foto’s nog eens te kunnen bekijken. Zonder die vanzelfsprekendheid in twijfel te trekken, is het wel belangrijk om samen uit te zoeken wat de waarde van de doop nu is en om er woorden voor te vinden die je zelf uit kunt spreken bij de doop van je kind.

. Voor veel ouders is de doop helemaal niet zo vanzelfsprekend. De grote vraag is: waarom zouden we ons kind laten dopen als we zelf niet precies weten wat we geloven?

. Het kan zijn dat het laten dopen van het kind voor de vader helemaal geen vraag is maar voor de moeder wel en andersom. Daarmee wordt het een vraag voor hen samen: wat zullen we doen? Wat betekent het voor ons samen om ons kind te laten dopen?

. Er zijn ook mensen die het zeker wel belangrijk vinden om hun kind te laten dopen, maar die zeggen: “Niet nu het zo klein is. We willen ons kind zelf laten beslissen of het gedoopt wil worden”.

Die ouders zien hun (bijna) volwassen zoon of dochter al voor zich die dan zelf gekozen heeft om zich al dan niet te laten dopen. Soms gebruiken mensen dit laatste argument als ze zelf twijfelen over hun eigen geloven. Dan schuiven ze de vraag eigenlijk door naar hun kind.

. Je komt soms ouders tegen die tegen de leeftijd dat hun kind de Eerste Communie gaat doen, het initiatief nemen om hun kind te laten dopen, want anders kan het niet mee doen met de Eerste Communie. De Eerste Communie is de eerste keer dat iemand deelneemt aan het sacrament van de Eucharistie. Om dat sacrament te kunnen ontvangen is het nodig dat men gedoopt is.

. Er zijn ouders die heel bewust zeggen: “Ik laat mijn kind pas dopen als het er later zelf ook herinneringen aan kan hebben”, dus als het kind 5 of 6 jaar oud is. Je ziet het: de vraag om je kind al dan niet te laten dopen wordt op veel verschillende manieren gesteld. Misschien herken je jezelf daarin of misschien ligt de vraag bij jou totaal anders.

Mijn kind kiest later zelf

Je kunt heel gemotiveerd zijn in de beslissing om je kind later zelf te laten kiezen om zich al of niet te laten dopen. Maar om te zijner tijd zo’n keuze te kunnen maken, moet je kind wel iets in handen hebben gekregen. Het heeft handvaten nodig. Die kunnen jullie je kind aanreiken. Daarbij kun je denken aan:

. Laten beleven hoe men samenkomt in vieringen (weekendviering, doopviering, huwelijksviering, kinderwoorddienst, kerstviering, etc.):

. vertellen wie Jezus was en hoe Hij met mensen omging; laten horen van de verhalen uit de Bijbel;

. vertellen over wat de christenen belangrijk vinden: leven naar het voorbeeld van Jezus.

. kennismaken met acties die christenen opzetten, zoals de Vastenactie;

. oprecht vertellen hoe je daar zelf in staat: wat je gelooft en waar je over twijfelt. 

Dopen in de katholieke kerk of in de protestantse kerk

Met de doop treedt je kind binnen in een geloofsgemeenschap. Maar als je nu gemengd gehuwd bent, welke geloofsgemeenschap kies je dan?

Het is belangrijk om daar goed over na te denken. Vooral omdat het erom gaat waar je je zelf thuis voelt en waar je later met je kind vaker naar toe wilt gaan. Waar wil je dat je kind zich thuis zal gaan voelen? Ga in gesprek met de diaken/pastoor of de dominee. Hij of zij zal met je van gedachten kunnen wisselen over wat je wilt en wat er kan.

De protestantse en de katholieke kerk hebben elkaars doopbediening erkend (behalve enkele kleine protestantse kerken). In alle christelijke kerken wordt bij de doop met water uitgesproken dat er gedoopt wordt “in de naam van de Vader, de Zoon en de Heilige Geest.”

De opbouw van de viering kan wel verschillen.

De wederzijdse doop-erkenning betekent dat als je kind bijvoorbeeld in de katholieke kerk gedoopt is, dat bij eventuele latere toetreding tot de protestantse kerk de doop erkend is en je niet opnieuw gedoopt wordt. Ze erkennen dus één doop.

Maar dan blijft het voor jou als ouder de vraag in welke geloofsgemeenschap je je het meest thuis voelt en waarin je je kind laat dopen.

Het doopsel

Het doopsel is het eerste van de zeven sacramenten die katholieken kunnen ontvangen. Het is de basis, zou je kunnen zeggen. Het doopsel is met de eucharistie het oudste sacrament. Vanaf het begin van de kerk heeft men de toetreding tot de geloofsgemeenschap uitgedrukt en gevierd door in water te dopen. Tegelijk werd de dopeling ook gezalfd. En dat gebeurt nog steeds. Er is een tijd geweest dat alleen volwassenen gedoopt werden. Vanaf de 4e eeuw komt  het gebruik om de kinderen te dopen. Men dacht: als we een kind meteen dopen dan is het bevrijd van de zonde. Diezelfde gedachte heeft er later toe geleid dat sommigen het doopsel uitstelden tot vlak voor hun sterven, want dan kon men “pas gedoopt”- vrij van zonde – sterven en in de hemel komen. De tijd dat kinderen gedoopt moesten worden terwijl moeder nog op het kraambed lag is voorbij. Dat heeft te maken met een verschuiving in de betekenis die men aan de doop toekent. Tegenwoordig stelt men bij het doopsel het opgenomen worden in de geloofsgemeenschap van Jezus Christus centraal en niet langer het wegwassen van de zonde om daarmee een plaats in de hemel te verwerven. De twijfels van mensen, zoals die hiervoor geschetst werden, hebben hier vaak mee te maken: welke betekenis hecht ik er aan dat mijn kind lid wordt van die geloofsgemeenschap?

In de doopviering

Belangrijke momenten en elementen in de doopviering zijn:

. de kring van mensen rond de doopvont, als symbool van de geloofsgemeenschap waarin de dopeling (kind of volwassene) opgenomen wordt, de peter en meter die de speciale zorg van de geloofsgemeenschap voor deze dopeling symboliseren: zij zullen de ouders bijstaan om het kind werkelijk lid van de gemeenschap te laten worden.

. het noemen van de namen en het opschrijven van de namen: zoals al onze namen geschreven staan in de palm van Gods hand.

. het kruisje op het voorhoofd en de handoplegging: de diaken/pastoor, ouders, peter en meter kunnen een kruisje geven en de dopeling de hand opleggen als teken van bescherming, nabijheid en liefde die wij en God (door ons) willen bieden.

. de geloofsbelijdenis, uitgesproken door peter, meter, vader, moeder en de hele geloofsgemeenschap.

. de doopvont met het water: het water is het oersymbool van de doop. Het wast schoon het verfrist en geeft leven, maar het is ook het water waarin je kopje onder kunt gaan en water dat je soms zelfs de adem beneemt. Als je dan weer boven water komt, ervaar je het leven als nieuw. Vanouds werd de dopeling ook ondergedompeld om dat uit te drukken. Het doopsel met water wordt toegediend

“in de naam van de Vader; de Zoon en de Heilige Geest”.

. de zalving met chrisma, een soort olie (zalf), die uitdrukt dat de Geest van God binnentrekt in deze persoon zoals zalf intrekt in de huid. We spreken de hoop uit dat de dopeling een soepel iemand mag worden waar mensen graag mee te doen hebben. Wij bidden dat Gods Geest de dopeling zal bij staan en sterken.

. de doopkaars: het licht van Christus wordt doorgegeven. Of de doopkaars wordt aangestoken aan de paaskaars: het licht van Christus.

De doopkaars wordt meegegeven en kan thuis aangestoken worden om ons eraan te herinneren dat het licht in ons doorwerkt en dat we een licht kunnen zijn voor andere mensen in duistere omstandigheden, net zoals Jezus dat ook is geweest.

Je kind op de doop voorbereiden

Vooral als je kind iets ouder is als het gedoopt wordt, is het zinnig om thuis al wat te vertellen over wat er allemaal gaat gebeuren. Als er foto’s zijn van kinderen die eerder gedoopt zijn, bekijk die dan samen en vertel wat er te zien is. Misschien heb je je eigen doopfoto’s nog of je eigen doopkaars. Zo kun je laten zien dat je vroeger ook zelf gedoopt bent. Nog leuker is het om van tevoren al naar de kerk te gaan, op een rustig moment als er geen viering is. Alle tijd om rustig rond te kijken. Loop samen naar de plek waar de doop plaats zal vinden. Bekijk de doopvont en vertel wat er straks allemaal gaat gebeuren.

Juist als je ervoor gekozen hebt om je kind op wat oudere leeftijd te laten dopen, mag het niet zo zijn dat het kind in de viering overrompeld wordt door de veelheid aan handelingen en symbolen. Van tevoren kun je ervoor zorgen dat het kind zich al thuis voelt in die kerk  én in het ritueel dat het straks zal ondergaan.

Broertjes en zusjes bij de doop

Als een jonger kind in de familie gedoopt wordt, kan dat aanleiding zijn om met broertjes en zusjes nog eens op hun doop terug te kijken. De foto’s en de doopkaars komen weer tevoorschijn.

In de viering kunnen broers en zussen, neefjes en nichtjes, alle kinderen in de kerk, het allemaal van dichtbij meemaken. Ze staan bij de doopvont en zien van dichtbij wat er gebeurt.

Als de broertjes of zusjes al wat groter zijn kunnen zij misschien een liedje zingen of iets voorlezen. Overleg dit met de diaken/pastoor. Er zijn nog veel meer leuke en betekenisvolle ideeën te bedenken. Bereid de kinderen voor op de rol die ze gaan spelen in de viering, opdat ze mee kunnen maken wat er gaat gebeuren.

Hernieuwen van de doopbeloften

Na het doopsel is het van belang dat het geloof van de gedoopte uitgroeit. Dat kan op allerlei manieren, o.a. door het steeds weer hernieuwen van de doopbeloften. Dat gebeurt jaarlijks in de Paasnachtviering en bovendien in de viering van het Vormsel.

.In de Paasnacht

In de paasnachtviering wordt het nieuwe doopwater gezegend. Het licht van de Paaskaars wordt uitgereikt en samen spreekt men de geloofsbelijdenis uit.

.Bij het Vormsel

Een ander belangrijk moment om de doopbelofte te hernieuwen is bij de viering van het Vormsel. De katholieke kerk gaat er van uit dat iedere gedoopte op termijn ook het Vormsel ontvangt, omdat het Vormsel het Doopsel voltooit. In de Vormselviering gaat het uitspreken van de geloofsbelijdenis als hernieuwing van de doopbelofte vooraf aan de toediening van het Vormsel zelf.

Het Doopsel, de Eerste Communie en het Vormsel zijn de drie initiatie-sacramenten.

Als iemand alle drie deze sacramenten heeft ontvangen is hij of zij een volwaardig lid van de geloofsgemeenschap.


© SiteTurn | Damiaan de Veuster